Deze
liedjes zou ik blind kunnen spelen, ik doe het al dertien jaar. Maar hier zou
het zonde zijn om niet te kunnen zien. De Can can danseressen gaan af. Ik kijk
naar hun billen, iedereen kijkt ze daarom na. Naar Louise, hoer en moeder van
ons allemaal. En naar Jeanne, die braver is maar ook weer geen maagd.
Marguerite komt op. Nu speel ik traag en ik speel alleen voor haar. Zij zingt, de stem uit haar borst. Over haar soldaat die haar verlaat. Zij zingt alsof ze tegen mij praat. Onnozelaar! Ik die dacht dat ik soldaat genoeg was om de hare te zijn. Wij vertrokken samen en vreeën in mijn bed. Keer op keer. Precies twaalf. Toen was het gedaan.
Nu kijk ik uit op de leegte van een zaal. Zij zit voor mij, ik bespeel haar zacht, zij doet haar verhaal. 'Nog liever wacht ik op jou dan dat het slecht met ons gaat.
Ik laat mijn vraag.
'Dertien,' zegt ze. 'Zoveel kan ik niet aan. Ik moet weg nu, ik moet gaan.
Dertien, dat is één meer dan twaalf. Niets dat ik kan verstaan.
Marguerite komt op. Nu speel ik traag en ik speel alleen voor haar. Zij zingt, de stem uit haar borst. Over haar soldaat die haar verlaat. Zij zingt alsof ze tegen mij praat. Onnozelaar! Ik die dacht dat ik soldaat genoeg was om de hare te zijn. Wij vertrokken samen en vreeën in mijn bed. Keer op keer. Precies twaalf. Toen was het gedaan.
Nu kijk ik uit op de leegte van een zaal. Zij zit voor mij, ik bespeel haar zacht, zij doet haar verhaal. 'Nog liever wacht ik op jou dan dat het slecht met ons gaat.
Ik laat mijn vraag.
'Dertien,' zegt ze. 'Zoveel kan ik niet aan. Ik moet weg nu, ik moet gaan.
Dertien, dat is één meer dan twaalf. Niets dat ik kan verstaan.
* Eigen illustratie
Geen opmerkingen:
Een reactie posten